NEE!!, nu
even
niet!
Het
is zomer
2008.
Wie kent
niet de
dagen
welke je
als
sportvisser
het
liefst
zo snel
mogelijk
wil
vergeten.
Je staat
bij dag
en dauw
op,
kijkt
naar
buiten
en ziet
dat het
weer
uiterst
twijfelachtig
is. Niet
zo`n
punt, we
nemen
gewoon
de plu
mee en
wagen
ons toch
aan de
dag.
Eenmaal
in de
auto
onderweg,
de
eerste
omleiding.
Geen
hond op
de weg,
maar ik
moet
toch om
rijden.
Enkele
straten
verder
wordt
het
schakelen
me
moeilijk
gemaakt
omdat ik
me zelf
gehaakt
heb aan
mijn
hengel
die
tussen
de twee
voorstoelen
ligt.
Niet een
beetje
gehaakt,
nee
ratsieflats
dwars
door
alle
lagen
heen tot
in mijn
onderhemd.
Gevangen
in mijn
eigen
auto.
Naar
veel
gepruts
kan ik
eindelijk
weer
verder.
Het
begint
al wat
lichter
te
worden
en dan
krijg ik
weer die
kriebels
dat ik
iets
tekort
kom.
Tijd
zat,
maar
rust zal
er niet
eerder
zijn
alvorens
mijn
pennetje
staat,
en de
koffie
is
ingeschonken.
Natuurlijk
moet ik
alles
eerst
even uit
de knoop
halen
want die
laatste
vis (ik
zelf)
heeft
toch wat
veel
gesparteld
aan de
haak.
Waarom
ik me
die
moeite
nog
steeds
doe,
begrijp
ikzelf
niet.
Want
uiteindelijk
moet
toch
alles
vervangen
worden.
Nou
maakt
het niet
zoveel
uit, de
voerplekjes
die ik
altijd
als
eerste
maak
moeten
toch
rusten.
Terwijl
het
dekseltje
van mijn
voerpot
voorbij
komt
drijven,
die me
tijdens
het
voeren
in het
water
was
gevallen,
ben ik
klaar
met mijn
hengel.
Nog even
pijlen
en dan
gaan we
beginnen.
Meteen
al krijg
ik te
maken
met een
dikke
tak waar
ik aan
vast
blijf
zitten.
Dan een
struik,
weer
mijn
trui en
uiteindelijk
mijn
sokken.
Langzaam
begint
het
kookpunt
te
naderen.
Gelukkig
viel de
schade
nog wel
mee en
mocht ik
eindelijk
met
vissen
beginnen.
Tijd
voor een
bakje
koffie.
Kut,kut,kut!!….De
koffie
staat
nog
thuis op
het
aanrecht.
Dan maar
zonder.
Al snel
meld
zich de
eerste
vis. De
dobber
maakt
draaiende
bewegingen
en gaat
plat op
het
water
liggen.
Mijn
hart
staat
voor een
moment
stil
en………langzaam
rechtop
en
schuin
de
diepte
in. JAAH!...ik
sla aan
en merk
direct
dat er
geen
spanning
op lijn
staat.
Alleen
het
griezelige
geluid
van de
openstaande
beetrunner
klinkt
in mijn
oren.
Weg vis,
weg
onderlijntje.
Slechts
een bol
garen om
mijn
molen is
getuige
van deze
Aktie.
Maar
goed dat
er
niemand
is de
buurt
was,
anders
had ik
deze het
zwijgen
op
moeten
leggen.
De
eerste
twee uur
zijn
helemaal
naar de
knoppen
en ik
probeer
nog wat
andere
plekjes
uit.
Eindelijk
begint
er weer
wat
activiteit
te
komen.
Maar
niet
alleen
de
karpers
werden
actief,
de
grasmaaier
die een
keer per
twee
weken
komt
ook.
NEE, nu
even
niet!!
De moed
zinkt in
de
schoenen
bij de
aanblik
van dat
groene
monster.
Het is
dan even
moeilijk
om voor
deze
gasten
sympathie
op te
brengen.
Maar
zonder
hun geen
onderhoud,
zonder
hun geen
visplezier.
Hulde
voor
deze
mensen,
alleen
niet
deze
dag,
niet op
dat
moment.
Ik kijk
op de
klok en
geef het
nog een
uurtje,
dan ga
ik naar
huis.
Maar, en
dat is
nou het
fijne
van
vissen
komt
uiteindelijk
toch nog
de
beloning.
Belletjes
en
roerende
staarten
aan het
water
oppervlak.
Er zit
weer vis
op mijn
eerste
voerplek.
Voorzichtig
laat ik
mijn
pennetje
zakken
direct
langs
wat
rietstengels.
Het is
bijna
een
meter
diep en
ik wil
niet dat
de
karper
in de
lijn
zwemt.
Alles
beweegt
en de
eerste
stootjes
zijn een
feit.
Het
dansen
begint.
Eventjes
verdwijnt
mijn pen
een
stukje
onder
water.
Ik weet
nu zeker
dat me
deze
niet zal
ontsnappen.
Nog een
minuut
lang
blijft
mijn pen
dansen
op het
water om
uiteindelijk
met een
ferme
ruk
schuin
onder
water te
verdwijnen.
Kassa,
meteen
voel ik
de
weerstand
van een
grote
sterke
vis.
Deze wil
niets
liever
dan weg
en houd
dit in
verhouding
ook lang
vol. Met
hevige
rukken
probeert
hij nog
mijn
schepnet
te
ontwijken.
Maar
deze
keer win
ik en
zie voor
het
eerst
die dag
een
mooie
schubkarper
van ruim
boven de
20 pond.
Geen
record,
maar
hier is
het om
te doen.
Nog even
goed
bekijken,
fotootje
maken en
met mat
en al
terug
het
water
in. Hoe
de dag
begon
was ik
snel
vergeten,
hoe hij
eindigde
blijft
lang in
mijn
geheugen
zitten.
Voldaan
en met
mooie
gedachten
ben ik
huiswaarts
gegaan.
|